donderdag 7 juni 2012
SF-36
SF-36
GEZONDHEIDSTOESTAND VRAGENLIJST
|
INSTRUCTIE: Deze vragenlijst gaat over
uw standpunten t.a.v. uw gezondheid. Met
behulp van deze gegevens kan worden
bijgehouden hoe u zich voelt en hoe goed u in
staat bent uw gebruikelijke bezigheden
uit te voeren.
Beantwoord elke vraag door het
antwoord op de aangegeven wijze te markeren.
Als u
niet zeker weet hoe u een vraag moet
beantwoorden, geef dan het best
mogelijke
antwoord.
1. Hoe zou u over het algemeen uw
gezondheid noemen?
(omcirkel één cijfer)
Uitstekend
|
1
|
Zeer goed
|
2
|
Goed
|
3
|
Matig
|
4
|
Slecht
|
5
|
2. Hoe beoordeelt u nu uw gezondheid
over het algemeen, vergeleken met een
jaar geleden?
(omcirkel
één cijfer)
Veel beter
nu dan een jaar geleden.
|
1
|
Wat beter
nu dan een jaar geleden.
|
2
|
Ongeveer
hetzelfde nu als een jaar geleden.
|
3
|
Wat
slechter nu dan een jaar geleden.
|
4
|
Veel
slechter nu dan een jaar geleden.
|
5
|
3. De volgende vragen gaan over
bezigheden die u misschien doet op een
doorsnee dag. Wordt u door uw
gezondheid op dit moment beperkt bij deze
bezigheden? Zo ja, in welke mate?
(omcirkel één cijfer op elke regel)
BEZIGHEDEN
|
Ja,
ernstig
beperkt
|
Ja,
een
beetje
beperkt
|
Nee,
helemaal niet
Beperkt
|
a.Forse inspanning, zoals hardlopen,
tillen van zware voorwerpen, een
veeleisende sport beoefenen
|
1
|
2
|
3
|
b.Matige inspanning, zoals een tafel
verplaatsen, stofzuigen, zwemmen
of fietsen
|
1
|
2
|
3
|
c. Boodschappen tillen of
dragen
|
1
|
2
|
3
|
d. Een paar trappen oplopen
|
1
|
2
|
3
|
e. Eén trap oplopen
|
1
|
2
|
3
|
f. Bukken, knielen of hurken
|
1
|
2
|
3
|
g. Meer dan een kilometer lopen
|
1
|
2
|
3
|
h. Een paar honderd meter lopen
|
1
|
2
|
3
|
i. Ongeveer honderd meter lopen
|
1
|
2
|
3
|
j. Uzelf wassen of aankleden
|
1
|
2
|
3
|
4. Heeft u in de afgelopen 4 weken,
één van de volgende problemen bij uw werk
of andere dagelijkse bezigheden gehad,
ten gevolge van uw lichamelijke
gezondheid?
(omcirkel één cijfer op elke regel)
JA
|
NEE
|
||
a. U
besteedde minder tijd aan werk of andere bezigheden.
|
1
|
2
|
|
b. U heeft
minder bereikt dan u zou willen.
|
1
|
2
|
|
c. U was
beperkt in het soort werk of andere bezigheden.
|
1
|
5. Heeft u in de afgelopen 4 weken,
een van de volgende problemen
ondervonden bij uw werk of andere
dagelijkse bezigheden ten gevolge van
emotionele problemen (zoals depressieve of angstige
gevoelens)?
(omcirkel één cijfer op elke regel)
JA
|
NEE
|
|
a. U
besteedde minder tijd aan werk of andere bezigheden.
|
1
|
2
|
b. U heeft
minder bereikt dan u zou willen.
|
1
|
2
|
c. U deed
uw werk of andere bezigheden niet zo zorgvuldig als gewoonlijk.
|
1
|
2
|
6. In hoeverre hebben uw lichamelijke
gezondheid of emotionele problemen u
gedurende de afgelopen 4 weken
gehinderd in uw normale omgang met
familie, vrienden of buren, of bij
activiteiten in groepsverband?
(omcirkel
één cijfer)
Helemaal
niet
|
1
|
Enigszins
|
2
|
Nogal
|
3
|
Veel
|
4
|
Heel erg
veel
|
5
|
7. Hoeveel lichamelijke pijn heeft u de afgelopen 4 weken gehad?
(omcirkel
één cijfer)
Geen
|
1
|
Heel licht
|
2
|
Licht
|
3
|
Nogal
|
4
|
Ernstig
|
5
|
Heel
ernstig
|
6
|
8. In welke mate bent u de afgelopen 4
weken door pijn gehinderd in uw normale
werk (zowel werk buitenshuis als
huishoudelijk werk)?
(omcirkel één cijfer)
Helemaal
niet
|
1
|
Een klein
beetje
|
2
|
Nogal
|
3
|
Heel erg
veel
|
4
|
Veel
|
5
|
9. Deze vragen gaan over hoe u zich
voelt en hoe het met u ging in de afgelopen 4
weken.
Wilt u a.u.b. bij elke vraag het antwoord geven dat het best benadert
hoe u zich voelde. Hoe vaak gedurende
de afgelopen 4 weken
(omcirkel één cijfer op elke regel)
Altijd
|
Meestal
|
Vaak
|
Soms
|
Zelden
|
Nooit
|
|
a. voelde u
zich levenslustig?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
b. was u
erg zenuwachtig?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
c. zat u zo
in de put dat niets u kon opvrolijken?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
d. voelde u
zich rustig en tevreden?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
e. had u
veel energie?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
f. voelde u zich somber en
neerslachtig?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
g. voelde u
zich uitgeput?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
h. was u
een gelukkig mens?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
i. voelde u
zich moe?
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
6
|
10. Hoe vaak hebben uw lichamelijke gezondheid
of emotionele problemen u
gedurende de afgelopen 4 weken
gehinderd bij uw sociale activiteiten (zoals
vrienden of familie bezoeken, etc)?
(omcirkel
één cijfer)
Altijd
|
1
|
Meestal
|
2
|
Soms
|
3
|
Zelden
|
4
|
Nooit
|
5
|
11. Hoe JUIST of ONJUIST is elk van de
volgende uitspraken voor u?
(omcirkel één cijfer op elke regel)
Volkomen juist
|
Grotendeels juist
|
Weet ik niet
|
Grotendeels onjuist
|
Volkomen onjuist
|
|
a. Ik lijk wat gemakke-
lijker ziek te worden .
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
b. Ik ben even gezond als andere
mensen.
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
c. Ik verwacht dat
mijn gezondheid
achteruit zal gaan.
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
d. Mijn gezondheid is
uitstekend .
|
1
|
2
|
3
|
4
|
5
|
CONCLUSIE:
Henk ervaart
geen problemen met zijn gezondheid. Wel ervaart hij beperkingen op fysiek vlak
door zijn aandoening. Hierdoor heeft hij geen problemen op emotioneel vlak. Hij
is erg zelfstandig en levenslustig.
Versie 23/11/92 - Copyright New England Medical Center
Hospitals, Inc. - Alle rechten voorbehouden
Abonneren op:
Posts (Atom)